Commentaar op parasja Re’eh

“Doen jullie niet wat we hier allemaal gewoon zijn te doen: iedereen wat in zijn ogen het beste is.”

door Rabbijn Eric Gurvis.

Toen ik parasja Re’eh las en bestudeerde, trok één enkel vers mijn aandacht, in tegenstelling tot de bredere context waarin het vers ligt. In Deuteronomium 12:8 lezen we:

“Doen jullie niet wat we hier allemaal gewoon zijn te doen: iedereen wat in zijn ogen het beste is.”

Laat het duidelijk zijn, het is een beetje oneerlijk om dit vers volledig uit zijn context te halen ten opzichte van zijn betekenis in de context. Mozes instrueert de Israëlieten dat ze de praktijken van de volkeren die ze in het Land van Israël zullen aantreffen, niet mogen kopiëren, en evenmin mogen ze de geboden alleen maar naar eigen goeddunken uitvoeren. In plaats daarvan moeten ze Gods wet volgen, zoals onderwezen in de Torah. Maar terwijl ik dit vers las, kon ik niet anders dan denken aan de echo van het gebod “doe niet jegens anderen wat we zelf willen” in de context van de gecompliceerde tijd waarin we leven, en door een Mussar-lens kijkend.

Tot mijn verbazing ontdekte ik bij het doorzoeken van talloze Mussar-teksten en commentaren dat de meeste Ba’alei Mussar dit vers gewoon zonder commentaar overslaan. Toch kon ik me niet voorstellen dat er in deze woorden geen les van Mussar voor ons zou zitten. Dus ik bleef zoeken. Hoewel ik “de voltreffer” die ik zocht niet vond, vond ik zeker wat lekach / take-away voor onze Mussar-oren en -zielen. Veel van wat ik vond kwam uit Pele Yoetz van Rav Eliezer Papo.[1] Hij raakt het concept van een individu die doet wat juist is in zijn eigen ogen een aantal keren aan terwijl hij verschillende middot toelicht.

In zijn hoofdstuk over Kavod / Eer leert Rav Papo: “een persoon moet elk individu het voordeel van de twijfel geven. Een persoon doet wat goed is in zijn ogen – naar de mate van zijn begrip. “[2] Door deze realiteit te accepteren, kunnen we anderen gunstig beoordelen, zelfs als datgene wat ze doen in onze ogen misschien niet ‘juist’ lijkt. Ik heb verder stukjes van Rav Papo’s hoofdstuk over Choseyr / Imperfectie bestudeerd, waarin het negatieve aspect van dingen die ‘goed’ zijn in onze eigen ogen wordt benadrukt:

Er is niemand die niet een of andere onvolmaaktheid in karakter of intellect heeft – “… elke persoon kan bedrieglijk zijn.” (Psalm 116:11) Net zoals het onmogelijk is om graan te hebben zonder stro en hout zonder rook, zo is er ook niemand die geen fout maakt. Er is niets perfect in de wereld behalve “de Rots, Wiens daden volmaakt zijn, omdat al Gods wegen rechtvaardig zijn.” [3] Daarom moet een persoon een andere persoon die een gebrek heeft niet veroordelen, want ook jij hebt onvolkomenheden. . . Een mens ziet zijn eigen schuld niet. Het is mogelijk dat hun falen als groter wordt beschouwd dan dat van een ander. . . Iedereen heeft de plicht om na te denken, te begrijpen en te beseffen wat ze missen. Als ze het zelf niet begrijpen, moeten ze luisteren naar gedegen advies door naar wijze mensen te gaan en wijzer te worden. . . Zelfs als het niet in iemands geest wordt geregistreerd, en iemands pad in hun eigen ogen oprecht lijkt, moeten ze de waarheid van anderen accepteren. . . Ze moeten werken om hun manieren, gewoonten en acties van dag tot dag te verbeteren totdat ze het niveau van perfectie bereiken waartoe ze in staat zijn.

Dit is een van de redenen waarom we het Mussar-pad bewandelen met chevruta / een studiepartner, en als onderdeel van een Va’ad, in wezen een Mussar-gemeenschap. We moeten onze wereld, ons leven en onze middot niet uitsluitend vanuit ons eigen perspectief begrijpen. We moeten putten uit chochma/wijsheid en het perspectief van anderen. Dit is een deel van wat ik zo leuk vind aan mijn verschillende chevruta-ervaringen, evenals de Va’adim waarvan ik het voorrecht heb deel uit te maken.

Maar daar stopt Rav Papo niet!

Het vermogen tot kwaad van de mensheid op aarde is wat koning Salomo bedoelde toen hij zei: “Alle wegen van een persoon kunnen in hun eigen ogen goed lijken.” [5] Koning Salomo zei ook: “Als je een persoon ziet die alleen in zijn eigen ogen wijs is, dan is er meer hoop voor een dwaas dan voor zo iemand.”[6] Daarom zal iemand die een compleet leven wenst niet alleen op zijn eigen inzichten vertrouwen. Ze zullen hun wil en begrip moeten temperen naast de wil en het begrip van anderen die hen leren hoe ze zich kunnen verbeteren.[7]

In de context van onze parasja instrueert Mozes de Israëlieten dat ze zich moeten houden aan Gods leringen. Als ze zich eenmaal in het Land hebben gevestigd, moeten ze als het ware het programma volgen, dat betrekking heeft op waar, wanneer en wat ze als offeranden aan God mogen brengen. Maar als ik het vers in onze tijd lees, denk ik dat het buiten de Deuteronomische context van toepassing is. In een tijd van diepe verdeeldheid en grote lacunes in gemeenschappelijk begrip, kunnen ook wij niet alleen doen wat alleen in onze eigen ogen goed lijkt. Ook wij moeten, in overeenstemming met de instructies van Rav Papo, ernaar streven ons best te doen, inclusief Kavod / eer voor anderen; dan l’khaf zechut / anderen gunstig beoordelen; en het herkennen en aanpakken van onze eigen onvolkomenheden. We moeten de raad van anderen zoeken en openstaan ​​voor de wijsheid van degenen die ons zijn voorgegaan. Dit vereist aandacht voor de middah van anavah / nederigheid. Ik kan niet leven in overeenstemming met de leringen van onze Mussar-traditie over anavah als ik mijn oordelen en acties alleen baseer op wat goed is in mijn eigen ogen. In onze tijd leven velen uitsluitend op basis van wat goed is in hun eigen ogen, zonder rekening te houden met anderen en de wereld om hen heen. Mogen we deze Shabbat en ons deel gebruiken om ons perspectief te verbreden, chochma te zoeken buiten onze eigen geest en onze eigen nesjamot.

[1] Rabbi Eliezer Papo (1785-1828) was de rabbijn van de gemeenschap van Silistra in Bulgarije (toen onderdeel van het Ottomaanse rijk). Hij staat bekend om het schrijven van de Pele Yoetz, een werk van mussar dat advies geeft over hoe je je als jood moet gedragen in vele aspecten van het leven.

[2] Pele Yoetz, hoofdstuk 184

[3] Deuteronomium 32:4

[4] Pele Yoetz, hoofdstuk 143

[5] Spreuken 21:2

[6] Spreuken 26:12

[7] Pele Yoetz, hoofdstuk 143

VOOR FOCUS

1. Kan ik een recent voorbeeld bedenken waarin ik een situatie of relatie alleen benaderde op basis van wat goed was in mijn eigen ogen?

2. Hoe had ik mijn middot kunnen gebruiken om mijn perspectief te verbreden?

3.Op welke middot zou ik in mijn leven een beroep kunnen doen om dat perspectief te verbreden?

4. Is er een situatie of relatie waarin ik dit de komende week kan toepassen?

RABBI ERIC GURVIS is directeur van Chaverim en Outreach bij The Mussar Institute. Hij is afgestudeerd aan SUNY-Albany en werd gewijd aan het Hebrew Union College Jewish Institute of Religion in New York. Eric heeft gemeenten in New York City gediend; Jackson, MS; Teaneck, NJ; Newton, MA; en is momenteel de rabbijn van Sha’arei Shalom in Ashland, MA.

Eric faciliteert Mussar-groepen in de regio Greater Boston en in West-Massachusetts. Hij en zijn vrouw, Laura Kizner Gurvis, zijn gezegend met vier kinderen, drie kleinzonen en een kleindochter.