Parasha Ha’azinu
We keren terug naar Parasha Ha’azinu, het is slechts één hoofdstuk in Sefer Dewariem. Het grootste deel ervan bestaat uit Mozes’ tweede “lied”, dat gezien kan worden als een soort boekensteun voor het Lied aan de Zee (Exodus hoofdstuk 15), dat de woestijnervaring van Israël omvat. In dit korte maar krachtige gedeelte smeekt Mozes het volk Israël om te leren van alles wat ze hebben gezien en meegemaakt.
In Deuteronomium 32:47 lezen we:
כִּ֠י לֹא־דָבָ֨ר רֵ֥ק הוּא֙ מִכֶּ֔ם כִּי־ה֖וּא חַיֵּיכֶ֑ם וּבַדָּבָ֣ר הַזֶּ֗ה תַּאֲרִ֤יכוּ יָמִים֙ עַל־הָ֣אֲדָמָ֔ה
אֲשֶׁ֨ר אַתֶּ֜ם עֹבְרִ֧ים אֶת־הַיַּרְדֵּ֛ן שָׁ֖מָּה לְרִשְׁתָּֽהּ׃
Want het is voor jou niet iets zonder inhoud, integendeel het is jullie leven. Hierdoor kunnen jullie lang in het land blijven, dat jullie als jullie de Jordaan overtrekken ginds in bezit zullen nemen.
In een commentaar op de openingswoorden van ons vers stelt Rasji: “Het is niet voor niets dat jullie je er moeizaam mee bezighouden, want veel beloning hangt er van af…”
Rabbijn Ya’akov Neiman, die op hetzelfde vers in Darchei Mussar reageert, pakt de draad van Rasji op en breidt zijn les uit:
Het is niet voor niets dat jullie je inspannen voor de studie van de Torah, want er hangt een grote beloning van af – sterker nog, het is jullie leven. Rasji legt de volgorde en methode van leren uit op een manier die vergelijkbaar is met de visie van onze heilige leraar, Rabbi Nachman van Breslov, in wiens leer we leren dat “velen laks worden in de studie van onze heilige Torah vanwege de eigenschap vergeetachtigheid, wat ingebed is bij de mens. Aangezien mensen vergeten wat ze hebben geleerd, lijkt het hun dat hun moeite en inspanning tevergeefs zijn, en zo worden ze volledig nalatig.”
Rav Neiman vervolgt:
Er wordt geleerd dat in de toekomst iedereen herinnerd zal worden aan alles wat hij of zij heeft geleerd, en zelfs aan wat hij of zij in deze wereld heeft vergeten. Dit wordt ondersteund door Midrash Kohelet Rabbah, waar Rabbi Hizkia, in naam van Rabbi Simon bar Rav Zebdi, zegt: “Alle Torah die je in deze wereld leert, is hevel / ijdelheid vergeleken met de Torah van de Toekomstige Wereld. In deze wereld bestudeert men de Torah en vergeet hij of zij; maar in de toekomst zal het niet zo zijn, zoals er geschreven staat: “Ik heb Mijn Torah in hen geplaatst.”
In een poging ons hizuk / kracht en bemoediging te brengen in deze tijd van teshoeva, vervolgt Rav Neiman:
Het lijkt mij dat iemand niet moet wanhopen of verslappen als hij de Torah bestudeert en vervolgens vergeet wat hij geleerd heeft. Men moet niet denken dat zijn inspanning tevergeefs is. Als het hele doel van Torah-studie slechts het verwerven van kennis van de Torah zou zijn – wat bijvoorbeeld zou betekenen dat het bestuderen van Traktaat Bava Kamma vereist dat men zich alle wetten van schadevergoeding herinnert en verder niets – dan wee degene die zijn kennis vergeet! Natuurlijk zou hij moedeloos worden en zijn motivatie verliezen, want het is de menselijke natuur dat als iemand geen voordeel ziet van zijn inspanningen, hij geen innerlijke voldoening voelt.
Elke Torah-student moet echter begrijpen dat het uiteindelijke doel van Torah-studie niet alleen is om kennis te vergaren over datgene wat men leert. Zoals Rabbi Meir ons leert in Avot:
Wie zich bezighoudt met Torah lishmah / omwille van de Torah zelf, verdient veel; niet alleen dat, maar zij zijn de hele wereld waard. Ze worden geliefde vriend genoemd; iemand die God liefheeft; iemand die de mensheid liefheeft; iemand die God verblijdt; iemand die de mensheid verblijdt. En de Torah kleedt hen in nederigheid en eerbied, en rust hen toe om rechtvaardig, vroom, oprecht en betrouwbaar te zijn; het houdt hen ver van zonde en brengt hen dichter bij verdienste.
Al deze deugden zijn helemaal niet afhankelijk van de vraag of iemand zich herinnert wat hij of zij heeft geleerd. De inspanning en het werk in de Torah is wat een persoon heiligt en zuivert om al deze kwaliteiten te verwerven.
In deze Aseret Y’mei Teshoeva hebben we ons beziggehouden met diepgaand cheshbon ha-nefesh / zielsonderzoek. We hebben geëvalueerd hoe we de gave van het leven in 5785 hebben gebruikt, terwijl we in 5786 baden om in Sefer HaChaim te worden ingeschreven voor een goed jaar. Degenen onder ons die zich niet alleen bezighouden met de studie van de Torah, in al haar vormen, maar ook met de studie en beoefening van Mussar, weten dat we op reis zijn. Onvermijdelijk kan iets wat we vroeg in ons Mussar-werk hebben geleerd en beoefend, vergeten zijn. Daarom houden we een dagboek bij; daarom komen we terug om weer aan middot te werken. Het kan worden gezien als een manier om te herinneren wat we misschien zijn vergeten. Ik zie onze terugkeer – naar een Torah-gedeelte, een deel van de Talmoed en een middah – echter liever als meer dan een herhaling. De tekst zelf is misschien hetzelfde, maar wij zeker niet. Dat merk ik zelf ook, wanneer ik elk jaar in deze tijd van het jaar terugkeer naar de Machzor. Hij is grotendeels onveranderd gebleven, maar ik ben niet meer wie ik was toen ik de woorden vorig jaar las en in me opnam. En met de zegen van Mussar ben ik hopelijk wat verder op mijn reis om de beste versie te worden van wie ik kan zijn.
Rav Neiman leert:
Juist vanwege het plezier en de voldoening die je voelt tijdens Torah-studie, moet je ijverig zijn in Torah-studie – zelfs als je vergeet wat je hebt geleerd. Daarom zeggen we in gebed, samen met degenen die dronken zijn van vreugde, dat de grootste vreugde komt wanneer je de wil van de Gezegende Heilige vervult. Bij zo’n overweldigende vreugde denkt iemand niet aan een beloning, maar voelt de vreugde in zijn ziel: Hoe kan men de Gezegende Heilige terugbetalen die ons een Torah gaf die ons leven in deze wereld zoeter maakt?
Zoals we van Rabbi Itzele van Volozhin leren: “De Torah is het elixer van het leven.” Rav Itzele, die commentaar geeft op de Mishna: “Wees even vurig voor een lichte mitswa als voor een zware, want je kent de beloning van de mitswot niet.” Rav Itzele legt uit dat men niet volledig kan bevatten hoeveel men God verschuldigd is voor het geven van de Torah en de geboden ervan. “De beloning van de mitswot” betekent dus de vreugde die we putten uit het naleven van de mitswot die we van God hebben ontvangen. Onze dienst en studie moeten met oneg / vreugde worden gedaan, zodat we ervan kunnen genieten, want dat is het ware genoegen.
Nu we Shabbat naderen, met Aseret Y’mei Teshoeva achter ons – en de vreugde van Soekot/Atzeret-Simchat Torah voor ons, laten we de opbeurende kracht voelen die de laatste klank van de sjofar met zich meebrengt als we de Grote Verzoendag afsluiten – en laten we die opbeurende kracht en het gevoel van hernieuwde geest meenemen naar het jaar dat voor ons ligt.
Ik wil dat Rav Neiman het laatste woord heeft!
“Mogen wij allen, samen met het hele Huis van Israël, vanwege de verdienste van het met ijver en toewijding werken aan onze heilige Torah, ingeschreven en verzegeld worden voor een goed jaar, en gezegend worden met de komst van onze rechtvaardige Mashiach / Messias, spoedig in onze dagen. Omein.”
TER FOCUS:
- Wat ben je “vergeten” dat je wilt heroverwegen en herwinnen nu je 5786 volledig betreedt?
- Wat staat er op je spirituele to-dolijst nu de Yamim Noraim zich terugtrekken, onze vreugdevolle feesten in beeld komen en je uitkijkt naar het leven en je spirituele werk in 5786?
Oorspronkelijke Engelse tekst (met voetnoten)
Use the link to read the original text in English.




